Artikelen Oppervlaktetechnieken december 2008

Blikopener
Energieke aanpak

Past in een koolzuurarm dieet

“Nederland moet zo nodig weer voorop lopen.” Die hoor ik wel vaker. Mijn vraag is dan: waarin? Enkele bijeenkomsten waar het onderwerp Energie op de agenda stonden, doen mij het lood in de schoenen zinken. Lood en zink, terwijl ik onderhand lood en oud ijzer ga verwachten! Eind november was ik op een congres van jongerenorganisatie Perspectief, waarbij de schijnbare tegenstelling tussen duurzaamheid en ontwikkeling de hele dag door bediscussieerd werd. De Nederlandse jongerenvertegenwoordiger bij de VN, een professor van de Universiteit Utrecht, diverse bewindvoerders, iemand uit een maatschappelijke organisatie… En wat blijkt: als alle wereldbewoners een voorbeeld aan “vooroplopende Nederlanders” nemen, is de aardbol te klein! Voor zes miljard Nederlanders heb je twéé bollen nodig. Nederland loopt hierin niet helemáál voorop: voor zes miljard Amerikanen zijn 4,2 planeetbollen nodig. Zóveel energie en grondstoffen worden eruit geslurpt. En de restanten de atmosfeer in geblazen.

Toch word ik blij van zo’n congres: een zaal vol jongeren die zich druk maken over wat wérkelijk ter zake doet. Een kabinetslid plaatste de overstromingsveiligheid en klimaatzorgen zelfs boven de kredietcrisis. En zelfs een onheilspillend bericht dat de Chinezen helemaal niet geïnteresseerd zijn in de atmosfeer (zolang de steden enigszins bewoonbaar blijven, neem ik aan), kon ik wel op waarde schatten. Ze schijnen daar te redeneren “júllie hebben je ontwikkeld, en de CO2 uitgestoten. Los het maar op dan, en geef ons de technologie”. Daar ligt ook mijn interesse in het klimaatdebat: of het nou waar is van die ijsbeertjes die door hun schots smelten of niet, het is een buitenkans voor wat je tóch al zou willen: onze industriële technologie inzetten voor energievoorziening. Geen smurrie oppompen uit instabiele regio’s die ineens omvallen of in brand vliegen of een democratische VN-lidstaat ‘van de kaart vegen’. Ik dook erop met de mededeling dat een Achterhoeks bedrijf de zwavelemissie in China aanzienlijk helpt beperken (uiteraard met oppervlaktetechniek). Maar dat de overheid dus wel een industrievriendelijk klimaat moet bevorderen als je zulke kennisintensieve productie en bijbehorende export wilt. Stroom kun je uit de afsluitdijk halen (dankzij het verschil tussen zoet en zout water), werd door een jongere opgeworpen. Was ook een verwijzing naar een VOM–lid die in dit blad heeft gestaan, en ik kwam er niet eens zelf mee! Wel met de inmiddels onontkoombare zonnekrachtcentrales, één en al oppervlaktetechniek en de oplossing voor de schijnbare tegenstelling tussen duurzaamheid en ontwikkeling in opkomende landen. “Dan hoef je niet te kiezen en heb je allebéí,” werd bij de slotdiscussie nog opgehaald door de voorzitter van Perspectief.

Op het door Business News Radio, het Financieel Dagblad en Shell georganiseerde Energy Square debat over energieveiligheid (begin december) kwam China ook steeds naar voren, en India. Die zijn helemáál niet bezig met energiebesparing. Dat is eerder het soort landen dat geen belasting maar subsidie op energieverbruik zet. Het enige dat telt is de maatschappelijke stabiliteit: het verschil tussen arm en rijk is in China misschien groter dan tussen Europa en Afrika. En kolen hebben ze zat. Maar het engste vond ik wel de geopolitieke bespiegelingen. Allerlei instabiele regio’s op ons aardbolletje die ons de olie moeten leveren. En dreigende coalities tegen democratische hoekjes van de wereldkaart. Wat zegt de Shell-strateeg? Minder afhankelijkheid krijgen we door opleiden: jongeren die communicatie gaan studeren gaan ons daar niet uit helpen, wel de civil engineers en mijnbouwtechnologen. De Ruslandkundige en geopolitiek expert van het panel zei herhaaldelijk dat de Nederlandse overheid het helemaal laat zitten waar het een voortrekkersrol betreft voor energieveiligheid. Er worden nauwelijks voorbeeldprojecten in gang gezet van grootschalige niet-fossiele energievoorziening.

Dan de vakbeurs Energie en Industrie, 1 en 2 april in de Jaarbeurs Utrecht. Gastspreker op de persconferentie was een collega van mijn afstudeerhoogleraar aan de Universiteit Utrecht (onderwerp Meerjarenafspraak Energie Effi ciëntie voor de oppervlaktebehandelende industrie, mijn hoogleraar was toen juist dertig van die energieconvenanten tegelijk aan het onderzoeken). En wat blijkt: Nederland loopt vooral voorop in het achterlopen. Een treffende samenvatting: door emissierechten in te kopen kruien we straks twee miljard de grens over die we in een energiezuiniger economie hadden kunnen steken. Emissiehandel, daar loopt Nederland dan in voorop. Mijn toevoeging: daar houden de niet-technisch geschoolde pottenschuivers aanzienlijk meer aan over dan wanneer ze techniek waren gaan doen en aan een oplossing hadden gewerkt.

En daar komt de kerstboomverbranding straks nog bij. Dán liever elektrische auto’s met een stekker!

Mijn kerstboodschap: het jongerencongres zette onze Schepper neer als God van de generaties, van Abraham, Isaäk en Israël. Dus we kunnen het beroemde Brundtlant-rapport wel volgen: duurzaamheid is gebruik maken van de ‘milieugebruiksruimte’ zonder de mogelijkheden van toekomstige generaties daartoe te beperken. De zon kómt wel op, maar gáát nooit op. En oppervlaktetechnieken zorgen dat hij de energievoorziening beschijnt!

Edward Uittenbroek
Eindredacteur
Oppervlaktetechnieken